49ste plaats, Antwerpen
Kruimelpad
Het verband tussen de Onroerenderfgoedprijs en mijn appeltaart
Afgelopen vrijdag was ik op de vierde editie van de uitreiking van Onroerenderfgoedprijs. 2019. Die prijs beloont recente realisaties op het vlak van monumentenzorg, landschapszorg en archeologie.
Laat me eerst en vooral zeggen dat het een heel prettige, geslaagde avond was. Sonja Vanblaere, de administrateur-generaal van het Agentschap Onroerend Erfgoed gaf een korte, grappige speech. De mogelijke kanshebbers werden voorgesteld in 3 flitsende videoclips, de korte gesprekken met de architecten en bouwheren verveelden geen moment. En als kers op de taart kon het publiek interactief reageren op heel ludieke vragen over onroerend erfgoed. Last but not least: het hele gebeuren vond plaats in de prachtige Art Nouveau-zaal van het Sint-Angelacollege in Tildonk.
De Onroerenderfgoedprijs 2019 ging naar – u kon het al lezen in de krant – het gildehuis van de Vrije Schippers in Gent. Het van in oorsprong 16de eeuws pand aan de Graslei in Gent is -bij wijze van spreken- met een pincet gerestaureerd door Callebaut-architecten.
De publieksprijs was voor de restauratie van de Sint-Norbertuspoort in Leuven, één van de poorten van het ommuurde domein van de abdij van Park in Leuven, waar de ‘Library of Voices’ van de Alamire Foundation huist. Dat is een organisatie die onderzoek doet naar muziek en het muziekleven in de Nederlanden van de middeleeuwen tot 1800.
En dan was er een eervolle vermelding voor Wouter Callebaut, omdat hij met zijn bureau altijd zoekt naar het evenwicht tussen de herwaardering van een gebouw en de nieuwe functie-invulling. Het bureau Callebaut-architecten viel dus twee keer in de prijzen.
Het is hen uiteraard van harte ! gegund, alleen betrapte ik mezelf op een (miniem) gevoel van teleurstelling bij de eervolle vermelding. Vorig jaar ging die naar een schrijnwerker, prachtig vond ik dat. Architecten en bouwheren zijn natuurlijk onmisbaar voor de sector maar wat zou ons erfgoed zijn zonder ambachtslui? Mensen die met plezier en vakkennis glasramen restaureren, oude dakgebinten herstellen, muurschilderingen conserveren, mozaïekvloeren herstellen… mijn bewondering voor zulke vakmensen is grenzeloos.
In tijden waarin de kennis van oude ambachten verloren dreigt te gaan en waarin goede ambachtslui moeilijk te vinden zijn, zou een eervolle vermelding voor het ambacht een stimulans kunnen zijn voor jonge mensen. Duaal leren is voor veel jongeren de ideale weg naar een zinvol beroep. Handwerk kan bovendien ongelofelijk veel voldoening geven. Een beetje uit frustratie maar ook als eerbetoon aan alle ambachtslui ben ik dan ook in de late uurtjes nog aan het bakken geslagen. Ook een appeltaart bakken is vakwerk, is een ambacht.